
ING Group
Financiële gegevens
3.1 De solvabiliteit
De solvabiliteit geeft aan of een organisatie in staat is om op korte en lange termijn aan haar betalings- en aflossingsverplichtingen te voldoen. De voornaamste reden om de solvabiliteit te berekenen is om in te kunnen schatten of een organisatie in staat is om bij opheffing al haar schulden te betalen.
De solvabiliteit kan op verschillende manier berekend worden. Er is gekozen om de berekening eigen vermogen / totaal vermogen *100 te gebruiken.
Hoe hoger de solvabiliteit hoe beter. Dat betekent namelijk dat je een groter deel van het totaal vermogen bestaat uit eigen vermogen en je dus minder schulden hebt.
Omdat het bij een bank net iets anders werkt dan bij andere bedrijven ligt de solvabiliteit over het algemeen een stuk lager. Omdat banken zich vooral bezig houden met het lenen en verstrekken van leningen, daar verdienen zij hun geld op.

Uit de tabel hierboven kun je opmaken dat bij beide bedrijven de solvabiliteit de afgelopen jaren is toegenomen. Dat betekend dat het eigen vermogen ten opzichte van het totaal vermogen is toegenomen. Ook kun je zien dat de solvabiliteit van de ING hoger is dan die van de ABN. De ING heeft dus een betere solvabiliteit dan de ABN. Ook kan je uit de tabel opmaken dat in 2015: 5,68% van het totaal vermogen uit eigen vermogen bestaat. Dat betekent dat 94,32% van het totaal vermogen bestaat uit schulden, dit wordt ook wel de debt ratio genoemd. De debt ratio bij ABN AMRO is nog net wat hoger dan bij ING. ING staat er dus op dit punt beter voor dan zijn concurrent. De debt ratio is erg hoog, maar zoals ik als eerder aangaf is dit niet uitzonderlijk voor banken. Een ander bedrijf met een debt ratio van 94% zal het hoogstwaarschijnlijk niet zo goed doen. Zo kan je zien dat de eisen aan de ratio’s per branche erg kunnen verschillen.
3.2 De liquiditeit
Als er wordt gesproken over liquiditeit, dan gaat het over het geheel aan financiële middelen wat een bedrijf kan gebruiken om te voldoen aan de lopende betalingsverplichtingen. Er zullen twee liquiditeit ratio’s worden besproken, namelijk de current ratio en de quick ratio. Door de current- en quick ratio kunnen schuldeisers zien in hoeverre het bedrijf in staat is om de kortlopende schulden te betalen d.m.v. de vlottende activa. Het enige verschil tussen beide ratio’s is dat de voorraad bij de quick ratio wel van de vlottende activa wordt afgehaald en dat gebeurd niet bij de current ratio. De formule van de current ratio ziet er als volgt uit: vlottende activa/kort vreemd vermogen. De formule van de quick ratio ziet er als volgt uit: (vlottende activa-voorraad)/kort vreemd vermogen. In de onderstaande tabel worden de current- en quick ratio van ABN AMRO en ING Group weergeven.

De current ratio van ING Group bedraagt 29,6 en van ABN AMRO 29,7. De quick ratio van is hetzelfde als de current ratio, dat komt omdat beide banken geen voorraad hebben. Dit lijkt een erg hoge current ratio, maar is eigenlijk heel normaal voor een bank. Een bank heeft namelijk veel liquide middelen nodig, zodat mensen geld van hun rekening op kunnen nemen. De vlottende activa van een bank is vrij hoog als je het vergelijkt met andere bedrijven, daarom zijn de ratio’s zo hoog. Echter uit de bankencrisis is gebleken dat een hoge liquiditeit bij banken ook nodig is, anders kunnen ze gemakkelijk failliet gaan.
3.3 Rentabiliteit
De rentabiliteit bereken je om te zien in hoeverre je investeringen rendement opleveren. Je kunt zo zien of het geïnvesteerde eigen vermogen het ook waard is geweest. Dit noem je de rentabiliteit van het eigen vermogen. De berekening van de rentabiliteit is: Nettowinst / eigenvermogen*100. Dit is na belasting.

Uit deze tabel kun je opmaken dat het rendement op de investeringen in 2015 bij ING 8,4% procent was. Ook kun je zien dat het in het jaar 2014 niet zo goed ging bij de ING. Toen was het rendement op de investeringen erg laag. Dat komt omdat in het jaar 2014 de winst erg laag was. In 2014 was de winst maar 501 miljoen en in 2015 was die 4 miljard, dat is een erg groot verschil. Verder kun je uit de tabel opmaken dat de ABN AMRO meer rendement heeft op zijn investering dan de ING en het in dat opzicht dus beter doet. De rentabiliteit van het eigenvermogen moet in ieder geval hoger zijn dan de marktrente, anders is het beter om het geld op de bank te zetten, want dat levert meer op. Gelukkig lag de marktrente in deze jaren lager dan het rendement.

De rentabiliteit na belasting van het totaal vermogen verschilt bijna niet bij de ING en ABN. Alleen in het jaar 2014 wijken ze van elkaar af, maar dat kwam door het slechte resultaat van de ING in dat jaar. Een RTV van 0,50 houdt in dat je voor elke euro die je investeert de helft terug verdiend. Het is dus niet echt een gunstig rendement. Pas als het 1 of hoger is wordt het gunstig voor het bedrijf.
3.4 Activiteit
Als je de balans van ING Group van 2015 vergelijkt met de jaren ervoor kun je zien dat ze enorm aan het desinvesteren zijn. Hieronder de balans:

Je ziet dat de post deelnemingen enorm af is genomen sinds 2014. Ook de post onroerende zaken en bedrijfsmiddelen is aanzienlijk gedaald. Dat kan mogelijk de oorzaak zijn van de ontwikkeling in de technologie. Meer zaken gaan online en kleine kantoortjes gaan dicht.
De reden waarom de deelnemingen zo sterk afgenomen zijn in één jaar is hoogstwaarschijnlijk omdat ING de aandelen van Nationale Nederlanden op de beurs hebben gezet en niet behouden hebben als deelnemingen. Dit hebben ze gedaan omdat Nationale Nederlanden zelfstandig moest worden.
Omloopsnelheid van het totale vermogen
De berekening van de omloopsnelheid van het totale vermogen is: omzet / gemiddeld geïnvesteerd vermogen in een jaar. Hiermee reken je uit hoe vaak gemiddeld genomen het totale vermogen omgezet wordt in geld.

Deze omloopsnelheid is voor een bank vrij normaal. Dat komt omdat een bank een erg groot geïnvesteerd vermogen heeft en daar niet zo snel op terug verdiend. De rente zijn namelijk wat zij daar op verdienen en dat zijn kleine percentages van het gehele bedrag.
3.5 Werknemerskengetallen
Bij de werknemersgetallen draait het voornamelijk om de effectiviteit van de organisatie in combinatie met het personeel. Er zal gekeken worden of het de ING Group lukt om meer voor elkaar te krijgen met relatief minder mensen. De cijfers van ING Group worden vergeleken met de cijfers van ABN AMRO. De cijfers van ING zijn afkomstig uit het Financieel Dagblad. De cijfers uit de periode 2012-2015 van ABN AMRO zijn afkomstig uit het Financieel Dagblad. De cijfers van ABN AMRO uit het jaar 2011 zijn afkomstig uit het jaarverslag van 2011, aangezien die gegevens niet of de website van het Financieel Dagblad stonden.
Allereerst wordt er gekeken naar het werknemersaantal van ING Group en ABN AMRO. Hieronder wordt in een tabel weergeven hoeveel werknemers er in de periode van 2011-2015 werkzaam waren bij ING Group en ABN AMRO.

ING Group heeft in de periode van 2011-2015 44,88% van haar personeel de deur gewezen. ABN AMRO heeft in totaal 8,99% van het personeel de deur gewezen. Volgens de Volkskrant is het aantal werknemers bij ING Group afgenomen door de digitalisering en de verplaatsing van het werk naar lagelonenlanden. In de bankensector speelt digitalisering een grotere en belangrijkere rol, aangezien veel taken worden overgenomen door softwaresystemen. ING verwacht jaarlijks 900 miljoen euro aan kosten te besparen. Ook is het voor ING goedkoper om bepaalde taken in het buitenland uit te voeren, aangezien daar de arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden voordeliger zijn voor ING. Tenslotte geeft ING Group aan dat er tot 2021 7.000 banen wereldwijd zullen verdwijnen, waaronder 2.300 banen in Nederland en 3.500 banen in België. Volgens het NRC gaat ook ABN AMRO de komende tijd 1.500 banen schrappen, waarmee ABN AMRO een kostenbesparing van 400 euro miljoen euro verwacht te behalen.

Het is echter niet zo dat bedrijven meer winst zullen maken als zij gaan reorganiseren. De winsten die ING Group en ABN AMBRO in de periode 2011-2015 hebben gemaakt, zullen geanalyseerd worden. In de onderstaande worden in de onderstaande tabel weergeven.
Bij ING Group is de winst in 2015 weer gestegen t.o.v. de voorgaande jaren. In de periode 2011-2014 werd de winst ieder jaar kleiner, maar de winst is in 2015 aanzienlijk toegenomen. De winst bij ABN AMRO steeg daarentegen, m.u.v. 2014, ieder jaar gering. 2014 was voor ABN AMRO het enige jaar waarbij de winst lager uitviel dan het jaar daarvoor. In 2015 steeg de winst van ABN AMRO aanzienlijk.

Ook de kosten per werknemer zullen berekend worden. De formule voor de gemiddelde kosten per werknemer luidt als volgt: totale kosten personeel/aantal werknemers. De gemiddelde kosten per werknemer laat zien hoeveel één werknemer gemiddeld kost voor een bedrijf. In de onderstaande tabel zijn de gemiddelde kosten per werknemer te vinden.
De gemiddelde kosten per werknemer zijn bij ING Group en ABN AMRO in de periode 2011-2015 aanzienlijk gestegen. Bij ING Group zijn de gemiddelde kosten per werknemer in 2015 24,94% hoger dan de gemiddelde kosten per werknemer in 2011. Bij ABN AMRO zijn de gemiddelde kosten per werknemer in 2015 8,78% hoger dan de gemiddelde kosten per werknemer in 2011. De gemiddelde kosten per werknemer zijn bij ABN AMRO aanzienlijk hoger dan bij ING Group.
Als laatste worden de gemiddelde omzet en de gemiddelde nettowinst per werknemer van ING Group en ABN AMRO berekend. Eerst zal de formule voor de gemiddelde omzet per werknemer worden gegeven: totale omzet/aantal werknemers. De gemiddelde omzet per werknemer laat zien hoeveel omzet één werknemer het bedrijf gemiddeld oplevert. In de onderstaande tabel is de gemiddelde omzet per werknemer te vinden.

De gemiddelde omzet per werknemer is bij ING Group in de periode 2011-2015 aanzienlijk gedaald, terwijl de gemiddelde omzet per werknemer bij ABN AMRO is gestegen. De gemiddelde omzet per werknemer bij ING Group steeg alleen in 2015 t.o.v. 2014. In 2011 was de gemiddelde omzet per werknemer bij ING Group 66,08% hoger dan de gemiddelde omzet per werknemer bij ABN AMRO. In 2015 was de gemiddelde omzet per werknemer bij ABN AMRO 31,02% hoger dan de gemiddelde omzet per werknemer bij ING Group. Ondanks de reorganisatie bij ING Group, wordt er niet meer omzet behaald per werknemer. Bij ABN AMRO wordt er, ondanks de reorganisatie, wel meer omzet behaald per werknemer.
De gemiddelde nettowinst per werknemer wordt met de volgende formule berekend: nettowinst/aantal werknemers. De gemiddelde nettowinst per werknemer laat zien hoeveel nettowinst een werknemer een bedrijf gemiddeld oplevert. In de onderstaande tabel is de gemiddelde nettowinst per werknemer te vinden.

De gemiddelde nettowinst per werknemer is bij ING Group in de periode 2011-2014 aanzienlijk gedaald, maar in 2015 was de gemiddelde nettowinst per werknemer bij ING Group hoger dan het bedrag in 2011. De gemiddelde nettowinst per werknemer bij ING Group in 2015 is 25,74% hoger dan de gemiddelde nettowinst per werknemer in 2011. De gemiddelde nettowinst per werknemer bij ABN AMRO is in de periode 2011-2015 aanzienlijk gestegen. Alleen in 2014 was er bij ABN AMRO een kleine daling t.o.v. 2013 wat betreft de gemiddelde winst per werknemer. De gemiddelde nettowinst per werknemer is 2015 217,06% hoger dan de gemiddelde nettowinst per werknemer in 2011. Bij beide bedrijven is de gemiddelde nettowinst per werknemer in 2015 hoger dan in 2011, ondanks de reorganisaties bij beide bedrijven.
3.7 Dupont chart
Eerst de Dupont chart van 2015

Uit de dupont chart kan je zien dat de RTV en de REV verschillen met de gegevens die op de site van het financieel dagblad zijn te vinden. Dat komt omdat in dupont chart de rentabiliteit voor belasting is berekend.
Dupont chart van 2010

In 2010 had de ING een veel lager brutowinstmarge. De omzet was wel hoger in 2010, alleen de kosten waren dat jaar in verhouding hoger. Dit heeft er uiteindelijk voor gezorgd dat de winst in 2015 hoger was dan in 2010. Uit de vergelijking van de Duponts charts kun je opmaken dat het met ING beter ging in 2015.
3.8 beleggingskengetallen
Winst per aandeel (wpa)
De wpa wordt berekend door de nettowinst te delen door het aantal aandelen. Het aantal aandelen kun je berekenen door het nominale gewone aandelenkapitaal te delen door de nominale waarde per aandeel. Grafiek in euro's.

Uit deze grafiek kun je weer zien dat 2014 een erg slecht jaar was voor de ING. Verder was de wpa in 2011 het hoogst. Uit de grafiek kun je opmaken dat de wpa in het 2015 enorm is gestegen ten opzichte van het jaar ervoor.
Dividend per aandeel
Een deel van de winst per aandeel wordt uitgekeerd aan dividend. Dat kan een vorm van stock, cash of een combinatie van allebei zijn. Grafiek in euro's.

In de jaren 2011, 2012 en 2013 is geen dividend uitgekeerd. Ook kan je als je deze grafiek vergelijkt met de vorige zien dat bijna de gehele winst uit 2014 is uitgekeerd in dividend. In 2015 is wel de hoeveelheid dividend per aandeel toegenomen maar in verhouding met de winst per aandeel is er wel minder van de winst uitgekeerd in dividend.
Intrinsieke waarde per aandeel
De intrinsieke waarde ontstaat door het eigenvermogen te delen door het aantal aandelen.

De intrinsieke waarde per aandeel is over het algemeen vrij stabiel. Alleen in 2012 is die een stuk hoger dan in de andere jaren.
Als je de intrinsieke waarde vergelijkt met de koers van het aandeel, zie je in welke mate de boekwaarde van de activa afwijkt van de perceptie van de beleggers omtrent de marktwaarde.

Het liefst wil ING hier boven de 1 zitten, dat houdt namelijk in dat het bedrijf op de beurs hoger wordt gewaardeerd dan het in werkelijkheid waard is.
Dividendrendement
Het dividendrendement bereken je door het dividend in een percentage te nemen van de koers. Dit geeft een indruk van de winstgevendheid van een investering in een aandeel.

Het rendement is in 2015 zo hoog vergeleken andere jaren omdat er in dit jaar veel meer winst is gemaakt en ook een deel van die winst is uitgekeerd. In 2014 was de winst erg laag en daardoor het dividend per aandeel ook. In 2015 krijg je voor je investering 5,22% weer terug.
Koersrendement
Is de stijging van de koers ten opzichte van het jaar daarvoor

Uit de grafiek kun je opmaken dat sinds 2011 de koers is gestegen
Koers / nettowinst
Hierbij wordt de koers van het aandeel gedeeld de nettowinst per aandeel. Hiermee wordt bepaald of aandeel duur of goedkoop is:
0-10 ondergewaardeerd
10-17 redelijk gewaardeerd
17+ overgewaardeerd

Altman Z-score:

Resultaat van de altman z-score berekening van ING is 0,706. Volgens de Z-score heeft ING Group een grote kans om failliet te gaan. Het resultaat ligt namelijk onder de ondergrens van 1,81. Echter zijn de verhoudingen van banken anders dan andere bedrijven. Dat komt omdat de verhouding eigenvermogen vreemdvermogen er anders is. De uitslag van de altman z-score vind ik daarom niet helemaal relevant voor banken.
advies alleen op basis van deze cijfers:
Het dividendrendement is 5% daarnaast was het koersrendement van ING in het afgelopen jaar bijna 15%. Dat is samen toch bijna 20% rendement en dat is een goed resultaat. Het was een goede belegging voor het afgelopen jaar.
De koerswinst verhouding is 11%, dat houdt in dat het aandeel redelijk geprijsd is. De winst neemt toe en de verwachtingen zijn positief.
Conclusie het rendement is goed en de verwachtingen zijn positief dus het advies is kopen. De beleggingsadviezen op het internet van andere beleggingsinstellingen geven in grote meerderheid buy aan. Echter wordt is een professioneel beleggingsadvies niet alleen gebasseerd op de cijfers. Een uitgebreid advies volgt in opdracht 8.2